Het is 1982 en Taeko is 27 jaar oud, ongehuwd en heeft haar hele leven in Tokio gewoond. Ze besluit haar familie op het platteland te bezoeken, en terwijl de trein door de nacht rijdt, stromen de herinneringen aan haar jonge jaren terug: de eerste onvolwassen roep om romantiek, het begin van de puberteit en de frustraties van wiskunde en jongens.