Hazenjongen Max heeft een vurige wens: lid worden van de coolste jeugdbende van de stad. Met capriolen in een modelvliegtuig probeert hij indruk te maken op de bendeleden. Het vliegtuigje stort echter neer op een merkwaardige plek in het bos, waar een groep hazen in ouderwetse kleren hem aanstaart. Hij is geland bij de Hazenschool, waar hazen tot Paashazen worden opgeleid. Max dacht altijd dat De Hazenschool alleen in sprookjes bestaat. Het vliegtuigje kan niet meer worden gerepareerd en in het bos rond de Hazenschool wonen vossen die dol zijn op hazenboutjes. Max beseft al gauw dat alleen een Paashaas weet hoe hij heelhuids het bos kan verlaten.