Het elfjarige weesmeisje Simone wordt gedwongen haar boerderij en haar dieren achter te laten om in de stad te gaan wonen bij haar enige familielid: oom Philippe.
In al-Eizariya, een stad op de bezette Westelijke Jordaanoever in de buurt van Jeruzalem, heeft de Palestijnse Manar samen met haar man Milad een Waldorfschool opgericht: House of Hope.
Vaarman Boogie bevaart de Marowijne, de grens tussen Suriname en Frans-Guyana, om essentiële vracht te leveren aan afgelegen Marron- en inheemse gemeenschappen.